Ga naar de inhoud

Taak 4: De docent begeleidt de studenten tijdens de leerloopbaan

Deze taak richt zich op het ondersteunen van studenten in hun persoonlijke en professionele ontwikkeling. Dit omvat het bieden van individuele begeleiding, het voeren van voortgangsgesprekken, het ondersteunen bij het maken van leer- en loopbaankeuzes en het bevorderen van zelfreflectie en zelfstandig leren.

Deeltaken:

Deze taak bevat de volgende deeltaken, zoals weergegeven in het Kwalificatiedossier van de MBO-docent:

4.1 De docent begeleidt de student in de ontwikkeling van zijn beroepsidentiteit en loopbaancompetenties: wat wil ik, wat kan ik, wat doe ik en wat maak ik waar? De student leert zelf richting te geven aan zijn reflectie op kwaliteiten en motieven, werkexploratie, loopbaansturing en netwerken (ook in een vervolgopleiding).

4.2 De docent ondersteunt en stimuleert de student bij het reflecteren op zijn studievoortgang, beroeps- en loopbaanvaardigheden en zijn beroepsidentiteit.

4.3 De docent begeleidt de student in keuzes wat waar (school of praktijk) wanneer geleerd wordt (in afnemende sturing).

4.4 De docent brengt met de student gedurende het leerproces de voortgang in beeld en ondersteunt de student in het opbouwen van een portfolio.

4.5 De docent onderhoudt contacten met alle functionarissen (binnen en buiten de school) die bij het leerproces van de student een rol spelen (inclusief netwerken).

4.6 De docent signaleert verzuim en andere factoren die de studievoortgang belemmeren en onderneemt zo nodig actie.